slovník řecký - holandský

ελληνικά - Nederlands, Vlaams

Πέμπτη v holandštině:

1. donderdag donderdag


Gisteren was het donderdag.
Heb ik me de hele week erop verheugd dat het donderdag zou gaan sneeuwen, nou is het donderdag, sneeuwt 't niet!