slovník řecký - holandský

ελληνικά - Nederlands, Vlaams

λίγα v holandštině:

1. weinig


Zij heeft weinig vrienden.
De woordenschat van het Esperanto is de grootste, alhoewel er relatief zeer weinig woorddelen moeten vanbuiten geleerd worden in vergelijking met de woorden van de natuurlijke talen.
Weinig mensen leven langer dan honderd jaar.
nogal weinig
En zo hing Dima's vriend uit zijn kindertijd zomaar op, Dima - net als daarvoor - met 99 kopeke te weinig achterlatend.
Daar waren niet weinig interessante zaken te zien.
Weinig mensen spreken een vreemde taal perfect.
Over het algemeen weet men maar weinig over niet-lineaire differentiaalvergelijkingen van de tweede orde.
Weinig passagiers hebben de ramp overleefd.
Moet dit een krentenbol zijn? Je moet haast fietsen van de ene krent naar de andere, zo weinig zitten er in.
Weet gij niet, mijn zoon, met hoe weinig verstand de wereld bestuurd wordt?
Als ik 's nachts te weinig slaap, heb ik niet genoeg energie voor mijn werk.
Weinig schatten zijn zoveel waard als een vriend.
minder - het minst [even weinig als]
Drie haren in de soep is relatief veel, drie haren op het hoofd is relatief weinig.