1. aankleden
Ik kleed me aan en ga naar buiten. /Ik zal me aankleden. / Ik probeer me aan te kleden.
Holandský slovo „vestirse„(aankleden) se zobrazí v sadách:
beg 2 werkwoordenla rutina diaria2. zich aankleden
Holandský slovo „vestirse„(zich aankleden) se zobrazí v sadách:
verbos reflexivos