slovník finský - holandský

suomen kieli - Nederlands, Vlaams

toivottaa v holandštině:

1. wens


Ik wens veel zinnen te schrijven.
Ik wens u geluk.
Ik heb maar één wens.
Ik wens u en uw geëerde familie al het beste.
Ik wens u een goede reis.
Ik wens een eenpersoonskamer met bad voor twee nachten.
Mijn wens is om deze berg te bedwingen.
Ik wens dat ge de kamer vlug in orde brengt.
Alleen ga ik niet naar de cinema, want na de film wens ik die graag te bespreken met iemand.
De wens komt tussen de nood en de eis.
Wat is je wens? vroeg het witte konijntje.
Wens je meer info over onze activiteiten? Abonneer je hier op de nieuwsbrief.
De wens is de vader van de gedachte.
Ik wens u veel geluk op het examen.
Haar enige wens was haar enige zoon een laatste keer terug te zien.