1. genoeg
Genoeg!
Honger was voor hem een abstract begrip; hij had altijd genoeg te eten.
Ik heb genoeg.
Jammer genoeg is het hotel dat je aanbevolen had compleet volgeboekt.
Welja, veeg die vieze toet maar af aan je mouw. Ik heb nog niet genoeg wasgoed.
Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg.
Ze proefde van de cake om te zien of hij zoet genoeg was.
Niet elk genie is een ingenieur, maar alle ingenieurs zijn genieën. De verzameling van alle ingenieurs is dus een deelverzameling, spijtig genoeg een strikte deelverzameling, van de verzameling van alle genieën.
Jij bent wel de laatste persoon op de wereld die ik gekloond zou willen zien, je bent alleen al saai genoeg.
Alvorens het huis te verlaten, verzeker er u van dat uw troeteldieren genoeg te eten hebben.
Als ik 's nachts te weinig slaap, heb ik niet genoeg energie voor mijn werk.
Niets op de wereld is zo eerlijk verdeeld als het verstand: ieder meent dat hij er genoeg van bezit.
Ik ben niet veeleisend - het beste is al goed genoeg.
Vreemd genoeg faalde hij.
Bij het einde van de les zei de leraar: "Genoeg voor vandaag."
Holandský slovo „assez„(genoeg) se zobrazí v sadách:
woorden frans hoofdstuk 3 F2. nogal
zo wordt nogal eens gedacht
Het is nogal koud.
Het weer is nogal mooi vandaag.
En net als vele kleine steden in Engeland, heeft het nogal een lange geschiedenis.
Dat is nogal onverwacht.
Er waren nogal wat rotte appels in de mand.
Mijn nieuwe laarzen zijn van echt leer en hebben nogal hoge hakken.
Hij is nogal levendig.
Ze voelde zich nogal moe.
3. vrij
De Japanse economie ontwikkelde zich vrij snel.
Op welke dag van de week ben je vrij, normaal gesproken?
Een grote sneeuwschuiver maakt ieder uur de schaatsbaan vrij van sneeuw.
Ik ben vrij.
Niemand is vrij; zelfs de vogels zijn geketend aan de lucht.
Wanneer je ook maar vrij bent kom me dan zien.
Het is tegenwoordig vrij normaal om jongeren tegen te komen die de Bijbel niet kennen.
Alle mensen zijn van geboorte vrij en gelijk in waardigheid en in rechten.
Je bent vrij om te gaan wanneer je ook wil.
De lijst 'Basiszinnen' is een selectie van vrij eenvoudige zinnen over de meest diverse zaken.
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.
Hier mag ik vrij surfen op het internet omdat de dienst gratis is.
Laat de dieren uit de kooi vrij.
Ge zijt vrij met uw geld te doen wat u juist lijkt.
Vragen staat vrij, het weigeren staat erbij.
4. heel
Soms ga ik lopend naar het werk en soms op de fiets, want ik woon heel dicht bij mijn werk.
Heel de stad zat zonder elektriciteit.
Ons blauwe beddengoed hoeft niet gestreken te worden en is heel lekker zacht; je verheugt je er 's avonds altijd al op om naar bed te gaan!
Ik hou van deze flat. De ligging is goed en bovendien is de huur niet zo heel hoog.
Heel romantisch!
Engelse zwanen zijn heel anders dan die bij ons. Ze zijn veel beleefder en ze zwemmen links.
Liefdesplezier duurt maar een ogenblik, liefdespijn duurt een heel leven.
Om wat informatie te bekomen over Japans economische problemen, zult ge dit boek heel nuttig vinden.
Jullie moeten heel stil zijn en op jullie tenen lopen. Het baby'tje slaapt.
Ze schaamde zich heel erg toen haar kind zich erg misdroeg in het openbaar.
Als je iets niet graag hebt in iemand, is het heel goed mogelijk dat jij dat ook hebt.
De politie is er heel goed in om te begrijpen dat iemand mijn creditcard gestolen heeft en een heleboel geld heeft opgenomen. Het is veel moeilijker om ze bij te brengen dat "iemand mijn magische zwaard gestolen heeft".
Kun je niet één keer op tijd komen? Ik wacht al een heel uur op je.
Om nieuwe werkgelegenheid te scheppen kan de moderne technologie heel veel bijdragen.
De mensen zijn dikwijls heel sceptisch over dingen als er geen geloofwaardige verantwoording voor is.