slovník korejský - holandský

한국어, 韓國語, 조선어, 朝鮮語 - Nederlands, Vlaams

극장 v holandštině:

1. theater theater


Waar kan ik ticketten kopen voor het theater?
Het theater in mijn wijk wordt omgebouwd.

Holandský slovo „극장„(theater) se zobrazí v sadách:

Gebouwen in het Koreaans

2. bioscoop bioscoop


Ga je naar de bioscoop?
Ik zou liever alleen naar de bioscoop gaan dan samen met Bob.
Is er hier een bioscoop in de buurt?
Wat doe je liever: naar de bioscoop gaan of thuisblijven?
Voor enkele dagen is ze naar de bioscoop geweest.