slovník Polský - holandský

język polski - Nederlands, Vlaams

żniwa v holandštině:

1. oogst oogst


Lente zaait, herfst oogst.
Het zal schade aanrichten aan de oogst.
Landbouw is gedefinieerd als het bewerken van grond om oogst te bekomen.

Holandský slovo „żniwa„(oogst) se zobrazí v sadách:

Niuews van de week

2. de oogst de oogst



3. oogsten oogsten


Jullie kennen de uitdrukking, dat we oogsten wat we zaaien. Ik heb de wind gezaaid en hier is mijn storm.
Wat je zaait, zul je oogsten.

Holandský slovo „żniwa„(oogsten) se zobrazí v sadách:

Taaltalent 4