slovník Polský - holandský

język polski

-

Nederlands, Vlaams

prezent v holandštině:

1. het cadeau

Holandský slovo „prezent„(het cadeau) se zobrazí v sadách:

A1+_rzeczowniki (działy 6,7,8)
14/1 Mijn familie is op bezoek
A1_słówka (3)

2. het geschenk

Holandský slovo „prezent„(het geschenk) se zobrazí v sadách:

1000 rzeczowników po niderlandzku 501 - 550
WAZNE W OPOR 2
Lekcja 23-24

3. geschenk

Dit is het mooiste geschenk dat ik ooit gekregen heb.

Ze bedankte mij voor het geschenk.

Deze pop is een geschenk van mijn tante.

Ze hebben elk een geschenk ontvangen.

Ann gaf mij dit geschenk.

Zijn geschenk is een fles wijn.

Belangrijker dan het geschenk is hoe het wordt gegeven.

Dit is een geschenk als blijk van onze dankbaarheid.

In plaats van zelf te gaan, stuurde ik een geschenk.

Is dit Laura's geschenk?

Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.

Mary beweerde dat de handtas een geschenk was van haar man.

Mijn oom gaf hem een geschenk.

4. het cadeautje

Holandský slovo „prezent„(het cadeautje) se zobrazí v sadách:

Rozdział 2. /1
pzjn kartkowka
Slowka holenderski

5. cadeau

Dit is een cadeau voor jou.

Bedankt voor je cadeau.

Het is erg aardig van je om me zo'n mooi cadeau te sturen.

Hij gaf me een cadeau.

Ik weet niet zeker aan wie ik dit cadeau moet geven: aan het meisje of aan de jongen?

Ik heb een pen als cadeau voor je verjaardag gekocht.

Ik was bijna tien toen mijn ouders mij een wetenschapsset cadeau deden voor Kerstmis.

Holandský slovo „prezent„(cadeau) se zobrazí v sadách:

Niderlandzki moduly

související slova

urodziny v holandštině
rocznica v holandštině
świętować v holandštině
ślub v holandštině
choinka v holandštině
pogrzeb v holandštině
wielkanoc v holandštině

jiná slova začínající na „P"

prawo v holandštině
premia v holandštině
premier v holandštině
prezydent v holandštině
problem v holandštině
proces v holandštině

A
B
C
Ć
D
E
F
G
H
I
J
K
L
Ł
M
N
O
P
R
S
Ś
T
U
W
Z
Ź
Ż