slovník Polský - holandský

język polski - Nederlands, Vlaams

twierdzić v holandštině:

1. beweren



Holandský slovo „twierdzić„(beweren) se zobrazí v sadách:

DEZE FILM IS ECHT EEN KLASSIEKER.
WAT VINDEN JULLIE VAN DIT VOORSTEL?

2. vordering



3. beweert


Hij beweert dat hij u goed gekend heeft.
Hij maakt van een mug een olifant. Dat typfoutje is echt niet zo erg als hij beweert.