→ Top 500 Dutch Verbs 301 - 350 → Začněte se učit / Stáhněte si MP3 karty

otázka		odpověď
to speak Could you speak louder, please? začněte se učit		praten Kan je even harder op praten, alstublieft?
to try in court She was tried for credit card fraud. začněte se učit		berechten Ze werd berecht voor creditcardfraude.
to gather to think From what I can gather, the concert is still on. začněte se učit		verzamelen also: denken Van wat ik kan verzamelen, is het concert nog steeds aan de gang.
to understand I don't understand what are you saying. začněte se učit		begrijpen Ik begrijp niks van wat je zegt.
to hear Humans can't hear certain sounds. začněte se učit		horen Mensen kunnen sommige geluiden niet horen.
to travel everybody knows about it News of the engagement travelled fast. začněte se učit		reizen also: iedereen weet erover Nieuws over de verloving reisde snel.
to gather People have gathered to see the accident. začněte se učit		verzamelen Mensen hebben zich verzameld om het ongeluk te zien.

+43 kartičky
Lekce je součástí kurzu
"Top 500 Dutch verbs"
(celkem 500 kartičky)

Vyzkoušejte kurz zdarma

Top 500 Dutch verbs 301 - 350