czas przeszły

0 14 kartičky jolafijak

otázka		odpověď
beginnen (zaczynać) začněte se učit		ik begon, ik ben begonnen
denken (myśleć) začněte se učit		ik dacht, ik heb gedacht
drinken (pić) začněte se učit		ik dronk, ik heb gedronken
eten (jeść) začněte se učit		ik at, ik heb gegeten
gaan (iść) začněte se učit		ik ging, ik ben gegaan
geven (dać) začněte se učit		ik gaf/gaven, ik heb gegeven
hebben (mieć) začněte se učit		ik had, ik heb gehad
helpen (pomóc) začněte se učit		ik hielp, ik heb geholpen
houden (trzymać) začněte se učit		ik hield, ik heb gehouden
komen (przyjść) začněte se učit		ik kwam, ik ben gekomen
kunnen (móc) začněte se učit		ik kon/konden, heb gekund
lezen (czytać) začněte se učit		ik las/lazen, ik heb gelezen
moeten (musieć) začněte se učit		ik moest, ik heb gemoeten
mogen (mieć pozwolenie) začněte se učit		ik mocht, ik heb gemogen

holenderski