→ Czasowniki Nieregularne 13 → Začněte se učit / Stáhněte si MP3 karty

otázka		odpověď
wchodzić začněte se učit		opgaan, gin/ gingen op, ben opgegaan
podać začněte se učit		op geven, gaf/ gaven op, heeft opgegeven
poddać začněte se učit		opheffen, hief/ hieven op, heeft opgeheven
przestać začněte se učit		ophuden, hield/ hielden op, heeft opgehouden
podziwiać začněte se učit		opkijken, keek/ keken op, heeft opgekeken
powstawać začněte se učit		opkomen, kwam/ kwamen op, is opgekomen
wzrastać začněte se učit		oplopen, liep/ liepen op, is opgelopen
nagrywać začněte se učit		opnemen, nam/ namen op, is opgenomen
spieszyć začněte se učit		opschieten, schoot/ schoten op, opgeschoten
wystepować začněte se učit		optreden, trad/ traden op, heeft opgetreden
zwracać uwagę začněte se učit		opvallen, viel/ vielen op, is opgevaalen
mijać začněte se učit		overgaan, ging/ gingen over, overgegan
przechodzić začněte se učit		oversteken, stak/ staken, is overgestoken
rozważać začněte se učit		overwegen, owerwoog/ owerwogen, heeft overwogen

czasowniki nieregularne 13