My lesson

 0    43 kartičky    kamilpiasecki9
stáhnout mp3 Vytisknout hrát zkontrolovat se
 
otázka odpověď
saai
Deze film is echt saai.
začněte se učit
boring
This movie is really boring.
eenrichtingsstraat
We mogen niet terugrijden in een eenrichtingsstraat.
začněte se učit
one-way street
We can’t drive back in a one-way street.
wij zijn gebleven
Wij zijn gebleven tot het einde van het concert.
začněte se učit
we stayed
We stayed until the end of the concert.
wij verbleven in een hotel
Tijdens onze vakantie verbleven wij in een hotel.
začněte se učit
we stayed in a hotel
During our vacation we stayed in a hotel.
het schip
Het schip vertrekt om 8 uur.
začněte se učit
the ship
The ship leaves at 8 o’clock.
de schepen
Alle schepen liggen in de haven.
začněte se učit
the ships
All the ships are in the harbor.
tonen
Ik wil je mijn nieuwe schoenen tonen.
začněte se učit
to show
I want to show you my new shoes.
laten zien
Kun je mij de weg laten zien?
začněte se učit
to show (same meaning as "tonen")
Can you show me the way?
elke tram geannuleerd
Door de staking is elke tram geannuleerd.
začněte se učit
every tram cancelled
Due to the strike every tram is cancelled.
de passagier
De passagier wacht op zijn vlucht.
začněte se učit
the passenger
The passenger is waiting for his flight.
toen we in Brussel waren
When we were in Brussels
Toen we in Brussel waren
začněte se učit
when we were in Brussels
we went to a museum.
gingen we naar een museum.
aankomen
We gaan om 10 uur aankomen.
začněte se učit
to arrive
We will arrive at 10 o’clock.
de aankomst
De aankomst van de trein is om 8 uur.
začněte se učit
the arrival
The train’s arrival is at 8 o’clock.
terugstorten
De winkel zal het geld terugstorten.
začněte se učit
to refund
The shop will refund the money.
geld storten op de rekening
Ik moet geld storten op de rekening.
začněte se učit
to deposit money into the account
I need to deposit money into the account.
de storting
De storting was gisteren gedaan.
začněte se učit
the deposit
The deposit was made yesterday.
de stort
Wij brengen oud afval naar de stort.
začněte se učit
the dump
We take old waste to the dump.
de vuilnisbelt
Al het afval ligt op de vuilnisbelt.
začněte se učit
the landfill
All the waste is on the landfill.
teruggeven
Kan je mij mijn boek teruggeven?
začněte se učit
to give back
Can you give me my book back?
neerzetten
Wil je de doos op de tafel neerzetten?
začněte se učit
to put down
Can you put the box down on the table?
schuim
Er ligt schuim op de zee.
začněte se učit
foam
There is foam on the sea.
de wasbak
De wasbak is vol met schuim.
začněte se učit
the sink
The sink is full of foam.
wazig
Mijn zicht is wazig zonder bril.
začněte se učit
blurry
My vision is blurry without glasses.
Wat komt er in jou op?
Wat komt er in jou op als je aan vakantie denkt?
začněte se učit
What comes to your mind?
What comes to your mind when you think about vacation?
Ik kan er niet op komen
Ik kan niet op de naam komen
začněte se učit
I can’t think of it
I can’t think of the name.
verplicht handen te wassen
In dit gebouw is het verplicht handen te wassen.
začněte se učit
required to wash hands
In this building it's required to wash hands.
een afkorting
"NL" is een afkorting voor Nederland.
začněte se učit
an abbreviation
"NL" is an abbreviation for the Netherlands.
t.e.m
De les is van maandag t.e. m vrijdag.
začněte se učit
until and including
The class is from Monday until and including Friday.
in vergelijking met
it’s warmer.
In vergelijking met vorig jaar is het warmer.
začněte se učit
compared to
Compared to last year
wij zijn verblijvers in het hotel
Wij zijn verblijvers in het hotel in Antwerpen.
začněte se učit
we are staying in the hotel
We are staying in the hotel in Antwerp.
toen wij naar Brussel aankwamen
When we arrived in Brussels
Toen wij naar Brussel aankwamen
začněte se učit
when we arrived in Brussels
it was raining.
regende het.
Ik ga hem een bericht sture
začněte se učit
I'll send him a message
Waarom is dat zo belangrijk?
začněte se učit
Why is that so important?
Het enige waar ik aan denk is mijn vakantie.
začněte se učit
All I can think about is my vacation.
Ik heb net een Franse les gehad.
začněte se učit
I just had a French lesson.
We kunnen ook in het Nederlands praten
začněte se učit
We can also talk in Dutch
Hij praat over het reizen.
začněte se učit
He talks about traveling.
Ze is een toffe madam.
začněte se učit
She's a cool lady.
ok, ik kom eraan
začněte se učit
ok, i'm coming
Werd er een echt geweer gebruikt?
začněte se učit
Was a real gun used?
ik toch niets doen
začněte se učit
I don't do anything special.
Slachtoffers
začněte se učit
Victims
eerlijk gezegd
začněte se učit
honestly speaking

Chcete-li přidat komentář, musíte se přihlásit.