toevallig ontmoeten, zien en even spreken. Ik kom ze niet vaak tegen, maar gisteren kwam ik ze wel tegen, en vorige week ben ik ze ook al tegengekomen.
ik vroeg haar of ze een goede school wist. Ik vroeg haar of ze me advies kon geven. Ik vroeg haar me te adviseren. Ik vroeg haar om wat geld. Ik vroeg haar om een stukje papier. Ik vroeg haar om advies.