→ Most Common Dutch Words 251 - 300 → Začněte se učit / Stáhněte si MP3 karty

otázka		odpověď
world She's the prettiest girl in the world. začněte se učit		de wereld Ze is het mooiste meisje ter wereld.
hope noun Hope dies last. začněte se učit		de hoop De hoop sterft als laatste.
wanted, would like I wanted to buy a gift for Anna but I had no money. začněte se učit		wou "willen" in Imperfectum singular form Ik wou een geschenk voor Anna kopen maar ik had geen geld.
only as adjective He's my only child. začněte se učit		enige declined form of "enig" Hij is mijn enige kind.
ago A few days ago they had an accident. začněte se učit		geleden Een paar dagen geleden hadden zij een ongeval.
believe, think I believe he eats too much. začněte se učit		geloof "geloven" in 1st person singular Ik geloof dat hij te veel eet.
ask They're asking for directions. začněte se učit		vragen infinitive, 1st, 2nd and 3rd person plural Zij vragen de weg.

+43 kartičky
Lekce je součástí kurzu
"Top 1000 Dutch Words "
(celkem 1 000 kartičky)

Vyzkoušejte kurz zdarma

Most common Dutch words 251 - 300