→ Most Common Dutch Words 401 - 450 → Začněte se učit / Stáhněte si MP3 karty

otázka		odpověď
stop, give up I have to give up smoking. začněte se učit		stoppen infinitive, 1st, 2nd and 3rd person plural Ik moet met roken stoppen.
please Your passport, please. začněte se učit		alstublieft formal Uw paspoort, alstublieft.
six My brother is six years old. začněte se učit		zes Mijn broer is zes jaar oud.
difficult This exercise is too difficult for me. začněte se učit		moeilijk Deze oefening is te moeilijk voor mij.
darling, honey also: "treasure" Honey, can you please iron my shirt? začněte se učit		het schat Schat, kun je mijn overhemd maar strijken?
grab, take also: "to pack" Grab the pencils and draw! začněte se učit		pakken Pakken de potloden en tekenen!
start, begin We start at 10 o'clock. začněte se učit		beginnen infinitive, 1st, 2nd and 3rd person plural We beginnen om 10 uur.

+43 kartičky
Lekce je součástí kurzu
"Top 1000 Dutch Words "
(celkem 1 000 kartičky)

Vyzkoušejte kurz zdarma

Most common Dutch words 401 - 450